Stop toch met sporten!
Om een beetje fris te blijven moet je bewegen. Maar wat doe je als je écht niet van sporten houdt? Blijf je jezelf dan kwellen met goede voornemens en schuldgevoelens? Caroline Griep verzon een (zeker zo gezonde) list, waar ze erg tevreden over is.
Echt, ze zei het, ik hoorde het goed. Nadat ze net drie weken door Argentinië had gefietst, wat ik een bijna angstaanjagende prestatie vind, vertelde ze tijdens een borrel dat ze zich zo schuldig voelt dat ze niet vaak genoeg naar de sportschool gaat en dat ze zich voorgenomen heeft om dat dit jaar toch zeker drie keer in de week te doen… Mijn verstand staat stil bij zo’n opmerking. Hoezo sportschool als je superslank bent en zo fit als een hoentje, omdat je dus fietst én ieder weekend golft én nog een avond in de week tennist? Wat doe je jezelf aan?
Merkwaardig mechanisme
Als het om sporten gaat, is Gerard Reve mijn man: ‘Sporten is een onzinnige tijdsbesteding, heb je ooit een hert of konijn zien sporten?’ Ik bespaar u de verhalen, maar met het geld dat ik er aan uitgegeven heb, had ik een heleboel leuke dingen kunnen doen. Zodra ik mijn handtekening onder een sportschoolcontract zet, treedt er merkwaardig mechanisme in werking: alles in me verzet zich. ’s Ochtends als ik wakker word, lig ik al te bedenken waarom ik vandaag toch écht niet kan gaan. Teamsport heb ik na een kortstondige hockeycarrière op mijn zestiende opgegeven: het interesseert me geen bal. Bovendien ben ik motorisch uitgedaagd. Het lukt me niet om met enige coherente coördinatie in een groep, ik noem maar iets, zumba te beoefenen.
Sporten is een onzinnige tijdsbesteding, heb je ooit een hert of konijn zien sporten?
Niet deugen
Als je tientallen jaren op deze manier met jezelf loopt te worstelen, voortdurend verwijtend aangestaard door tijdschriftkoppen, die je telkens weer duidelijk maken dat fit en strak een absolute must is en dat je eigenlijk niet deugt als je je niet afmat in de sportschool, word je jezelf natuurlijk spuugzat. Dat eeuwige, verwijtende stemmetje in mijn hoofd, zo irritant.
Natuurlijk begrijp ik dat ik moet bewegen om een beetje fris ouder te worden. Zeker omdat zitten inmiddels het nieuwe roken blijkt te zijn, die dreiging is ook niet mis. Ik zit en ik sport dus niet. En een paar jaar geleden besloot ik dat ik dat ook niet meer ga doen in dit leven.
10.000 stappen
Toch moet je wat. Dus ik loop. Niet hard natuurlijk. Maar wel minstens 10.000 stappen per dag. In mijn geval is dat zo’n 6,5 kilometer en 90 minuten. Om dat allemaal bij te houden heb ik een app. Die vertelt me dat ik er ook nog eens zo’n 400 calorieën mee verbrand. Dat is net zoveel als wanneer je een uur fitnessdingen doet. Aan het eind van de week wordt alles opgeteld en krijg ik het totaal te zien én, heel vriendelijk, een complimentje. Zo’n 45 kilometer per week, minstens 10 uur ben ik in beweging. En af en toe ga ik ook nog als Jo met de Banjo de paden op en de lanen in. Lekker de natuur in, tussen de gelijkgestemde herten en konijnen. Dan prijst mijn app me de hemel in.
Hoera!
Mijn huidige ‘lifestyle’ blijkt helemaal goed te zijn. Fijn, een beetje bevestiging kan immers geen kwaad als je je als niet-sporter staande wilt houden. Dr. Hans Savelberg van de Universiteit Maastricht deed onderzoek en ontdekte dat dagelijks meer staan en bewegen, bijvoorbeeld door te slenteren, te wandelen of te fietsen, beter voor je gezondheid is dan een uur intensief sporten. Het heeft een veel positiever effect op risicofactoren voor suikerziekte en hart- en vaatziekten dan één uur per dag sporten, met als voorwaarde dat het calorieverbuik bij beide vormen ongeveer aan elkaar gelijk is. Hij stelt ook dat de Nederlandse beweegnorm, die inhoudt dat je elke dag een half uur intensief moet sporten, onjuist is. Hoera!
Alleen maar voordelen
Bijkomend voordeel: lopen kost niks. Je hoeft er niet eens speciale kleren voor aan te schaffen. En je kunt het altijd en overal doen. Bovendien zet je er je verbrandingsmotor mee aan en die gaat niet meteen uit als je weer gaat zitten, zeker niet als je gedurende dag af en toe een kwartiertje loopt. Door normaal te eten en iedere ochtend en avond drie kwartier naar en van kantoor te lopen, viel ik ooit in vier maanden tijd vijftien kilo af.
Het enige nadeel dat ik kan bedenken is dat lopen tijd kost, maar ja, dat is met sporten ook zo. Daar staat dan weer tegenover dat het helemaal niet zo’n gek idee is om eens in een rustig tempo met jezelf van gedachten te wisselen. Zoeken we dat niet allemaal: een beetje kalmte? Op ons yogamatje of door krampachtig mindful proberen te zijn? Geloof me maar, van een wandeling knapt je kop enorm op.
Creatief aan de wandel
Onderweg kom ik vaak op ideeën, dingen vallen soms ineens op hun plek door iets wat ik zie of iemand die ik tegenkom. Op de site van ‘The New Yorker’ las ik daar laatst het artikel Why Walking Helps Us Think over. Ik kon wel juichen. Daar stond het gewoon, en ook nog eens prachtig in verband gebracht met meesterwerken uit de wereldliteratuur… Vrij vertaald: ‘Omdat je aan lopen niet heel bewust aandacht hoeft te besteden, zijn je gedachten vrij om af te dwalen – zo kan er een parade van beelden uit het theater van je geest aan je voorbijtrekken. Dit is precies de mentale staat die studies in verband hebben gebracht met innovatieve ideeën en momenten van inzicht.’ Twee onderzoekers aan Stanford hebben gemeten op welke manier lopen onze creativiteit verandert. Ze kwamen op het idee tijdens een wandeling…
Dus.
Sporthaters, onze kwelling is voorbij! Let’s walk on…